Haydn

Haydn werd geboren in Rohrau op 31 maart 1732. Hij stamde uit een tamelijk arme Oostenrijkse familie. Zijn vader Matthias was wagenmaker. Joseph had een vrij moeilijke jeugd. Toen hij vijf jaar was, nam zijn oom Mathias Franck, hem mee naar het stadje Hainburg, waar hij naar school ging en muziekles kreeg. Op achtjarige leeftijd werd hij sopraan in het knapenkoor van de Stephansdom in Wenen. Daar bleef hij negen jaar, waarvan de laatste vier met zijn broer Michael. Zijn stemwisseling trad namelijk pas zeer laat in. Hoewel zijn mentor Georg Reuter hem probeerde over te halen zich te laten castreren, heeft Joseph, mede op aandringen van zijn vader, geweigerd deze riskante ingreep te ondergaan. Toen zijn stem veranderde, restte hem niets anders dan ontslag uit het koor. Hij had reeds bepaald dat hij componist zou worden, wat zijn ouders ten zeerste afkeurden: zij vonden dat hun zoon meer voor het priesterschap in de wieg was gelegd. Natuurlijk zou een leven als kloosterling hem, zeker voor de eerstvolgende jaren, veel meer vastigheid geven, maar hij koos een moeilijker weg. De daaropvolgende jaren waren dan ook zwaar. Gelukkig bood Michael Spangler hem een zolderkamer aan in het Michaelerhaus op de Kohlmarkt in Wenen. Haydn hield zich met wat losse baantjes in leven, zoals het meespelen in ensembles, het geven van muziekonderricht en het begeleiden van zangers zoals Nicola Porpora. Deze laatste bracht hem in contact met bekende operacomponisten als Christoph Willibald Gluck, Georg Christoph Wagenseil en Karl Ditters von Dittersdorf.